Stans en Harry hebben we uitgenodigd om met ons in gesprek te gaan over hun ervaringen met onze hospice. Stans’ moeder - mevrouw Van Eert - heeft bij ons in de hospice gelegen.Uiteraard zijn we ook benieuwd hoe hun (schoon)moeder haar laatste weken bij ons heeft beleefd.
Stans zei: “Mijn moeder heeft het fantastisch gehad. Zij had zelf bepaald, dat – toen het alleen zijn niet meer ging – ze naar Hospice Duurstede wilde komen. Wij wonen in Wijk onze stad: dus dat was lekker dichtbij. Toch was er bij haar enige bezorgdheid. Die uitte ze ook bij binnenkomst aan Rebecca (coördinatrice): 'Moet ik straks in bed gaan liggen?'. Waarop Rebecca reageerde: 'Nee hoor, als u lekker nog wil genieten in de relaxstoel, hoeft u zeker van ons niet in bed te gaan liggen'. 'Nu ben ik thuis', was haar reactie. “Voor ons was dat een geruststellende gedachte”.
Mevrouw Van Eert heeft zich de tijd, die haar nog gegeven was dus altijd thuis gevoeld bij ons. Onze ervaringen met Stans en Harry waren ook heel positief. Het feit dat ze kwamen melden, dat ze naar huis zouden gaan, is voor ons als vrijwilligers prettig om te weten. Elke dag kwamen Stans en Harry bij moeder op bezoek. Zij hadden zorgverlof.
Kaarsje branden Voor dat mijn moeder in de hospice is opgenomen, hebben we met haar de Mariakapel in de Sint-Janskathedraal in Den Bosch bezocht. Daar hebben we een kaarsje aangestoken en samen gebeden. We hadden de kapel helemaal voor onszelf. Een bijzonder moment. Het Mariabeeldje dat thuis op de kast stond ging mee naar de hospice. Daar stond het altijd in het zicht en brandde er dag en nacht een kaarsje. Maria was een hele steun voor haar”.
“We hebben alles met mijn schoonmoeder besproken. Met alle aandacht voor haar was ze heel blij! Trouwens voor ons geldt datzelfde. We werden altijd warm ontvangen en bij het weggaan liepen we altijd even naar de vrijwilligers in de keuken. Meestal maakten we ook even een praatje met hen. Heel plezierig!”
“Rebecca heeft samen met een vrijwilliger mijn moeder een keer in bad op bed gedoucht. Dat was voor haar een heel fijne ervaring. Over beide coördinatrices zijn we heel positief. Zij vullen elkaar goed aan. Het zijn mensen-mensen! Mijn moeder had trouwens met alle vrijwilligers een goede band. Dat gold ook voor Harry en mij”.
“Mijn schoonmoeder hield van wat reuring. Vandaar dat de deur van haar kamer altijd een stukje open moest staan. Zij kon dan tevens goed zien wie er gebruik maakte van het koffieapparaat. Een gezellig praatje was dan zo gemaakt.”
We zijn ook nieuwsgierig naar de ervaringen van mevrouw Van Eert met de zorg.“Heel positief,” antwoordt Stans. Harry vertelt over een van de ervaringen.
Beter te vroeg dan te laat? Op een van de laatste avonden van haar leven waren twee vrijwilligsters gezellig bij haar een kopje koffie gaan drinken. “Dit terwijl mijn moeder al in diepe slaap was. Ze bleven toch bij haar. Dat gaf ons een zeer fijn gevoel, dat maakte duidelijk dat mijn schoonmoeder niet aan haar lot werd overgelaten. De voorlaatste nacht belde de nachtverpleegkundige ons op, dat haar toestand erg verslechterde. Wij zijn naar de hospice gekomen. Bij binnenkomst bleek dat ze erg onrustig ademhaalde. We zijn naast haar gaan zitten, hebben haar hand vastgehouden en zachtjes tegen haar gepraat. Na enige tijd werd de ademhaling weer rustig. De verpleegkundige verontschuldigde zich, dat ze misschien wel te vroeg ons gealarmeerd had. Wij vonden dat zeker niet erg. Beter een keer te vroeg, dan een keer te laat.”
“De uitgeleide hebben we als heel warm ervaren. Marga (vrijwilligster bereikbare dienst) had een mooi Mariagedicht opgezocht en voorgelezen. Wij kregen het mee. Tijdens de uitvaart heb ik dat gedicht weer voorgelezen. Het paste zo mooi bij wie mijn moeder was.”
Wat kan beter? Wij hebben hen ook gevraagd naar zaken, die hen opvielen en wellicht konden worden opgepakt ter verbetering. Er werd diep nagedacht.“We hoorden eens van mijn moeder, dat de huisarts was geweest. Helaas wist ze dan niet meer wat er precies gezegd was. Misschien is het mogelijk om ons dan een belletje te geven, zodat we er bij kunnen zijn. Later hebben we de huisarts zelf gevraagd, wanneer hij/zij op bezoek zou komen. De vrijwilligers van de hospice belden ons dan en zo konden we er bij zijn.” Meestal wordt die afspraak ook zelf door de naasten gemaakt met de arts. De zorg kan eveneens die afspraak met de arts maken.
“Wat hebben we een mooie tijd bij jullie gehad. Mijn moeder kwam niets te kort. Dat was zeer rustgevend voor ons”, zegt Stans. Harry beaamt dat: “Nog steeds komen we in Wijk vrijwilligers tegen en maken we een praatje. We hebben er veel vrienden bij gekregen.”
Tot slot vertelde Stans over de opdracht van haar moeder: 'koop veel engeltjes op de kerstrmarkt'. “En dat heb ik gedaan.”
Hartelijk dank voor dit openhartige gesprek! We zijn heel blij jullie gesproken te hebben
Loes en Jos |